Strakke haag
Voor een strakke haag, spant u eerst een lijn tussen twee palen. Langs deze lijn graaft u een geul van zo'n 60 cm breed en voldoende diepte, die u gedeeltelijk opvult met een mengsel van aarde en vivimus.
Leg nu de haagplanten uit langs de lijn, op de aanbevolen tussenafstand. Zet ze één voor één rechtop in de geul en vul deze met aarde. Schud hierbij de planten, om ervoor te zorgen dat de aarde goed tussen de wortels komt.
Trap de aarde aan een geef overvloedig water.
In het voorjaar, als het groeiseizoen begint, geeft u uw haag een goede bemesting.